Stadhuis Kamerbewaarder - Wandeling Antoni

Meer info

markt
delft
Plan je route

vanaf jouw locatie

Stadhuis Camerbewaader In 1660 wordt Van Leeuwenhoek ‘Camerbewaarder der Camer van Heeren Schepenen van Delft’ in het stadhuis en is verantwoordelijk voor het onderhoud van de raadskamer en is hij bode tijdens raadsvergaderingen.

STADHUIS- CAMERBEWAARDER

Stadsrechten
Delft kreeg in 1246 stadsrechten van de graaf van Holland, het huidige stadhuis dateert uit 1620. Van Leeuwenhoek verzamelt nog een aantal gemeentelijke functies die hem een inkomen opleveren; in 1677 wordt hij benoemd tot generaal wijkmeester (een inspecteur die de dagelijkse zaken van een wijk behartigt) en in 1679 ook wijnroeier (ijkmeester die de inhoud van een vat bepaalde). Sinds 1669 is Van Leeuwenhoek ook beëdigd landmeter een beroep dat hij ook heeft uitgeoefend.

Wetenschap uit interesse
Van Leeuwenhoek had al op jonge leeftijd een brede belangstelling voor sterrenkunde, wiskunde, natuurkunde en scheikunde. Hij was echter geen fulltime wetenschapper. Hij schrijft in brief nr. 18 aan de Royal Society in Londen: “dat mijn gelegentheijt niet toe en laet, en heb daer toe alleen geemploieert met ledigen tijt”. Zijn wetens…

STADHUIS- CAMERBEWAARDER

Stadsrechten
Delft kreeg in 1246 stadsrechten van de graaf van Holland, het huidige stadhuis dateert uit 1620. Van Leeuwenhoek verzamelt nog een aantal gemeentelijke functies die hem een inkomen opleveren; in 1677 wordt hij benoemd tot generaal wijkmeester (een inspecteur die de dagelijkse zaken van een wijk behartigt) en in 1679 ook wijnroeier (ijkmeester die de inhoud van een vat bepaalde). Sinds 1669 is Van Leeuwenhoek ook beëdigd landmeter een beroep dat hij ook heeft uitgeoefend.

Wetenschap uit interesse
Van Leeuwenhoek had al op jonge leeftijd een brede belangstelling voor sterrenkunde, wiskunde, natuurkunde en scheikunde. Hij was echter geen fulltime wetenschapper. Hij schrijft in brief nr. 18 aan de Royal Society in Londen: “dat mijn gelegentheijt niet toe en laet, en heb daer toe alleen geemploieert met ledigen tijt”. Zijn wetenschappelijke werk doet hij in zijn vrije tijd; uit de brief blijkt dat hij zijn waarnemingen meestal ’s ochtends of ’s avonds laat doet. Van beroep was hij oorspronkelijk lakenhandelaar.